Wij gingen in gesprek met Jessica Huttinga. Een 23-jarige studente Allround Hospitality medewerker die dol is op haar twee katten en door het leven gaat met een taalontwikkelingsstoornis: TOS. Maar of zij dit als een (arbeids)uitdaging ziet? Geen sprake van!
Over Jessica
Jessica heeft een onzichtbare diagnose genaamd verbale ontwikkelingsdyspraxie (VOD), een vorm van een taalontwikkelingsstoornis (TOS). TOS is een neurocognitieve ontwikkelingsstoornis, wat betekent dat de hersenen taal minder goed verwerken. Iemand met TOS heeft bijvoorbeeld moeite met praten of het begrijpen van taal. Dit komt voor in allerlei gradaties: van licht tot zwaar. Jessica’s TOS uit zich voornamelijk verbaal in een ernstige vorm, terwijl ze op het gebied van taal een mildere vorm heeft. Kort samengevat vinden de meeste mensen dat ze met een ‘accent’ praat, wat dus eigenlijk haar spraakstoornis is.
In een samenleving waar arbeidsuitdagingen nog te vaak worden gezien als hindernissen, omarmt Jessica haar TOS als een deel van haarzelf. Ze weigert het te zien als een beperking, maar eerder als een uniek aspect van haar persoonlijkheid. Haar positieve kijk op het leven en haar vastberadenheid hebben haar geholpen om succesvol te zijn in zowel haar persoonlijke als professionele ontwikkeling.
Werken met TOS
Bij sollicitaties kiest Jessica er dan ook bewust voor om haar TOS niet direct te vermelden, en dit pas bespreekbaar te maken tijdens een eerste gesprek. Door eerlijk te zijn, uit te leggen dat ze geen verdere ondersteuning nodig heeft én specifiek te benoemen wat haar sterke punten zijn, heeft ze opgemerkt dat werkgevers hier over het algemeen geen bezwaar tegen hebben. Neemt de werkgever haar niet aan? Dan beschouwt ze dit als een gemiste kans voor hen.
Toch heeft ze vooroordelen moeten overwinnen, zowel vanuit de gemeente als collega’s. Sommigen waren ervan overtuigd dat Jessica begeleiding nodig had en zagen haar spraakstoornis als een handicap. Toen zij moest re-integreren kreeg ze te horen dat een arbeidsmatige dagbesteding wel een goede plek voor haar zou zijn. Ze waren er dan ook van overtuigd dat alleen een werkplek voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt het hoogst haalbare voor haar was.
Ondanks deze obstakels heeft Jessica haar kracht gevonden in haar eigen capaciteiten. Ze heeft bewezen dat TOS haar niet belemmert in haar werk. Als receptioniste op een camping functioneert ze net zo goed als haar collega’s, en ze gelooft dat er genoeg werkgevers zijn die haar kwaliteiten zien boven haar diagnose.
Kijk naar de persoon, niet naar de uitdaging
Haar boodschap aan andere jongvolwassenen met een diagnose is duidelijk: “Luister naar jezelf en laat je niet beperken door wat anderen denken. Als ik naar de gemeente had geluisterd, zat ik nu bij de arbeidsmatige dagbesteding. Natuurlijk niks mis mee, maar ik vind dat ik hier niet tussen pas. Ik kan net zoals ieder ander meedoen in de maatschappij en volg zelfs nu een reguliere mbo-opleiding niveau 3.”
Ze moedigt anderen aan om hun eigen pad te volgen en te geloven in hun vermogen om volledig deel te nemen aan de maatschappij. Voor werkgevers pleit Jessica voor acceptatie en tolerantie. Ze gelooft dat een inclusieve werkomgeving ontstaat wanneer mensen worden gewaardeerd om wie ze zijn, en niet worden beoordeeld op basis van hun uitdagingen.
Meer weten over Jessica en/of haar verhalen volgen? Leuk, kijk dan zeker even op haar socials: Facebook Instagram en LinkedIn